De jongens

Wauw! Wat was dat een mooie ochtend.
Samen met clownsmaatje waren we bij een instelling voor meervoudige gehandicapte mensen. We kwamen in een huiskamer en waren ons clowneske zelf. Ik scande de mensen, 1 aan de tafel, 1 in een grote liggende rolstoel,1 op een stoel, 1 op de bank, 1 aan de tafel en 1 lopend en 1 aan de andere tafel. Contact en aandacht was er meteen en we gingen ieder onze eigen weg. Ik liep naar Jan op de stoel en toverde mijn doekje tevoorschijn en was daar mee aan het rommelen. Er verscheen een glimlach op Jan z’n gezicht. Jan leek wat verlegen en ja dat was ik ook, ik verschool me achter mijn doekje. Omdat ik van de bank vandaan een muziekje hoorde en ik die herkende begon ik bij Jan te hummen en neuriën. We hadden de grootste pret. Voorzichtig blies ik tegen mijn doekje en hield het doekje Jan voor en zowaar, Jan blies terug. Na even zo heen en weer te blazen en te neuriën keek ik naar Piet op de bank, zwaaide en blies met mijn doekje naar Jan en naar Piet. Heel langzaam schoof ik naar Piet. Op het andere puntje van de bank ging ik zitten, nog steeds in contact met Jan en ook in contact met Piet. Ik schoof steeds een stukje verder naar Piet, keek hem niet aan, maar keek naar het pianootje op zijn schoot en neuriede mee en blies dan weer op mijn doekje. En ineens hoor ik van Piet een lach. Ik kijk op en hou het doekje voor hem en hij blaast en giebelt. En laat ik nou ook goed kunnen giebelen, dus giebelen we samen, blazen om de beurt naar het doekje en giebelen weer. Ik knik nog eens naar Jan en lach en Jan lacht terug.
Ik richt me nu volledig op Piet en we hebben enorm plezier. Op een gegeven moment geef ik Piet het doekje en hij houdt het doekje voor zijn gezicht en blaast en daarna blaas ik. Hij lacht en giebelt nog steeds en zo gaan we nog even door. Wat een schik hebben we samen.
Na een tijdje ga ik naar Evert aan de tafel, nog steeds even kijkend naar Piet en zijn doekje en als ik voordoe dat ik blaas, blaast Piet weer tegen het doekje in zijn hand en giebelt. Bij Evert besluit ik van de zijkant voorzichtig aan te schuiven, wel zo dat hij mij ziet en ik kijk naar de tablet waar hij een spel mee aan het doen is. Ik hum een klein beetje en kijkend naar de tablet schuif ik dichter naar hem toe. Hij kijkt niet op. Omdat hij niet opkijkt besluit ik hem ook niet aan te kijken maar me helemaal te richten op de tablet en hem via mijn ooghoeken te spiegelen, beetje hummen, beetje met mijn armen heen en weer en verder kijkend naar de tablet. Opeens is daar zijn arm om mijn nek en hij trekt mij naar zich toe en zo zitten we even samen wang tegen wang en kijken samen naar wat hij aan het doen is op de tablet. Net zo plotseling dat hij mij naar zich toetrok, duwt hij mij weer weg en dat is het teken voor mij om verder te gaan.
Van al deze indrukken ben ik zogenaamd erg moe en ik plof op de grond en begin erg luidruchtig te gapen. Ineens is Jan er met een kussen en, ja, dan moet ik echt even liggen op het kussen. Maar ik mis mijn doekje en roep zachtjes doekje doekje. Jan sprint naar Piet, smoest even met hem en daar is Piet die het doekje over mij heen legt. Ik zucht van genoegen. Jan en Piet gaan in kleermakerszit bij mij zitten. Ik lig nog steeds languit op de grond. Daar komen ook twee andere mensen en mijn clownsmaatje om mij heen zitten en samen hebben we nog veel plezier.
Even een paar prachtige momenten tijdens mijn opleiding. Het allermooiste was toen we wegliepen en de begeleidster achter ons aan liep. Ze vertelde dat Piet bijna nooit aan activiteiten mee wilde doen. Dat hij altijd maar op de bank zat met zijn pianootje. Ze had kippenvel gehad toen Piet ineens van de bank kwam en bij mij op de grond kwam zitten en daar zat te giebelen. Zo mooi dat wij dat voor elkaar gekregen hadden zei ze. Wat prachtig om dit terug te krijgen. Wat mooi dat tijd en rust om echt contact te maken zoveel kan doen.
Contactclown, het mooiste werk dat er is.